2de plaats
Rustoord
Zoals iedere dag bijeengedreven
in de ijzige ring waarin alles is gezegd
de uitgewuifde handen zijn gelegd
en elke nieuwe buur de oude is gebleven
Sabbelen zij hun mondstuk stuk
smeekt hun opgeheven kin
om een handdoek in de ring
de zegen van een laatste uppercut
Maar hun wil is uitgehold
geen witte jas of warme koffiebel
haalt hen uit de koorden
Met slepend onderstel
lijf aan lijf weer weggerold
zullen zij de tijd met slapen doden.
W. M.
Jodoigne-Piétrain