wedstrijd 2021

Poëzieprijs 2021

Categorie D

Thema categorie - SMS Poëzie

2de plaats

Manspijn

Hij heeft keelpijn, hele felle keelpijn. En al van gisterenmorgen.

lk kijk naar zijn gezicht en het eerste waar ik aan denk is aan de schreeuw, je weet wel, dat schilderij van Edvard Munch.

Moest ik niet weten dat Edvard zichzelf schilderde, had ik zeker gedacht dat deze man model had gestaan. Zij staat naast hem. lk kijk naar haar en ze haalt haar schouders op.

Zonder woorden begrijpen wij elkaar. ln die éne seconde, voeren wij een gesprek over een gans leven.

Op mijn vraag of hij contact heeft genomen met zijn huisarts, kijkt hij mij vol verontwaardiging aan. Of ik het niet goed begrepen heb. Hij heeft keelpijn, al 2 dagen. Hij is rechtstreeks naar spoedgevallen gekomen omdat hij snel een arts moet zien. lk slaak een zucht en rol met mijn ogen. Zij glimlacht verlegen.

 lk leg hem uit dat hij naar de triage gaat waar hem een cijfer van dringendheid zal worden toegekend. En dat zijn wachttijd zal bepaald worden door dat cijfer. Daarna verwijs ik hem naar de wachtzaal.

Achter mij hoor ik de chirurg met zijn supervisor overleggen. Er is een twintigjarige motorijder onderuit gegaan. Zijn toestand is kritiek en over tien minuten zal hij op spoedgevallen arriveren. Alles wordt in gereedheid gebracht om dit jonge kostbare leven te redden.

Na twintig minuten staat hij terug aan het loket. Of dit wel spoedgevallen is en of het normaal is dat hij daar al zo lang zit te wachten Of ik wel besef hoe afschuwelijk zijn keelpijn is. lk leg hem nogmaals onze manier van werken uit. Hij dreigt ermee te vertrekken. lk hoop dat hij dat doet. Vergeefse hoop, hij keert terug naar de wachtzaal. Even later komt hij wisselgeld vragen, hij wil een cola.

Terwijl hij zijn dorst gaat lessen komt er een verpleegkundige voorbij de wachtzaal gespurt met de baby van twee maanden oud die levenloos in zijn wiegje is aangetroffen. De noodlijn gaat en ik hoor zeggen: 3 zwaargewonden-schietpartij-kleuter met steekwonden.

Met zijn blikje cola komt hij naar mij toe en hij vraagt waar hij een sigaret kan roken. lk kijk hem aan, besef dat ik mijn boekje te buiten ga wanneer ik vraag: Zou u dat nu wel doen want u heeft keelpijn, hele felle keelpijn.

Geertrui Henckens