2de plaats
Het laatste licht
De jongste nacht was warm nog,
na uren uitgelezen zomer.
Er stond een stilte in haar ogen
als de voorbode van storm.
Ze trok de deur zo zorgzaam dicht
en dimde, slechts gewapend
met de mildste glimlach
ook het laatste licht.
Langzaam brak de hemel open.
Ik hoorde regen zegenend
het kamerraam aflopen.
Hoelang hebben we gezwegen?
Er was alleen de zekerheid
dat er geen plaats meer was voor woorden.
T. V. C.
Gent